Geschreven door: Ingrid
Vrijwilliger bij ISA Power
Als kind was ik een lastige eter. Ik lustte niet veel en deed overal appelmoes overheen. De korstjes van mijn brood hoefde ik nooit op te eten. Rond mijn 14/15 ontwikkelde ik een eetstoornis. Dit ging heel geleidelijk. Steeds meer dingen liet ik staan en ik werd dwangmatig en ik wilde overal controle over hebben.
Ik was altijd al een moeilijke eter geweest, dus het viel niet echt op dat ik een eetstoornis aan het ontwikkelen was. Ik ben een perfectionist, maar vanaf mijn veertiende werd dat steeds erger. Als ik op school een onvoldoende haalde gooide ik als straf mijn boterhammen in de prullenbak. Dit gebeurde steeds vaker. Als ik in mijn ogen iets verkeerds had gedaan mocht ik een hele dag niet eten. (wel lekker goedkoop “niet eten”), Zo is de eetstoornis langzaam mijn leven ingeslopen.
Ik nam op een gegeven moment te veel hooi op mijn vork, waardoor ik de indruk wekte dat ik meer aan kon dan goed voor mij was. Ik deed een opleiding in de zorg, dat is toch mijn roeping geweest. Mijn obsessie met “niet eten” werd een manier om mijn gevoelens te onderdrukken. Ik was erg onzeker en door niet te eten had ik het gevoel ergens controle over te hebben.
De herkenning kwam pas op mijn 18e. Iemand die ik kende werd opgenomen in het ziekenhuis en kreeg sondevoeding. Haar situatie leek erg op die van mij. Haar moeder waarschuwde mij omdat ze had gezien dat het met mij ook de verkeerde kant op ging. Toen realiseerde ik me dat ik een eetstoornis had en dat ik er iets aan moest doen. Ik wilde niet in het ziekenhuis belanden. De opname van dat meisje (die ik kende) was voor mij wel een eyeopener en het besef dat ik zo niet verder wilden.
Ik ben toen bij een gezondheidszorginstelling terecht gekomen. Ik voelde mij een nummertje en had niet het idee dat ik geholpen werd. In die tijd ging het bergafwaarts met mij. Ik voelde me slap, sliep slecht en ik toonde weinig emoties. Mijn opleiding viel zwaar vooral het stage lopen, lichamelijk was ik een wrak en ik ging maar door. Ik had last van dwangmatige handelingen. Kranten moest ik recht leggen, voor het einde van de stoep moest ik een aantal tegels hebben geteld en voordat het stoplicht op groen sprong moest ik alle bomen hebben geteld. Die handelingen werden steeds erger en ook de manier waarop ik met eten omging werd steeds erger.
Omdat ik bij de gezondheidszorginstelling niets opschoot heeft iemand mij in contact gebracht met een therapeut die zelf ook een eetstoornis had gehad. Ze hield me een spiegel voor en dat was behoorlijk confronterend.
Ik wist precies waar ik mee bezig was, ik wist alleen niet hoe het anders moest. Na zo’n gesprek ging het een paar dagen goed en daarna raakte ik weer in mijn oude patroon. Dan was ik weer toe aan een gesprek en ging het beter. Zo heb ik vijf jaar, met ups en downs, aangerommeld.
Op mijn vierentwintigste ging ik samenwonen. Ik ging uit huis en kwam in een andere omgeving te wonen. De flat die we hadden gekocht beviel niet zoals we verwacht hadden. We voelden ons er niet thuis. We verkochten de flat en we zijn in een dorp verderop gaan wonen in een leuk huis aan het water. De rustige plek beviel ons uitstekend. Toch heeft het drie jaar geduurd voordat ik me daar echt thuis voelde.
Mijn vriend zag dat het niet goed met me ging. Ik sliep slecht en was erg dwangmatig bezig. Hij vond dat ik hulp moest zoeken en zelf wilde ik dat ook maar al te graag.
Via internet vond Johan een therapeut in België̈ die zich bezighield met Emotioneel Lichaamswerk. Dit is een vorm van therapie waarbij ademhalingsoefeningen, inspannings- en ontspanningsoefeningen en groepsgesprekken centraal staan. Ik dacht eerst dat het een soort sekte was maar besloot toch eens te gaan kijken. De therapeut had zelf ook een eetstoornis gehad en het klikte direct heel goed. Bij haar voelde ik mij op mijn gemak, zij begreep mij. Zij zei dat ik het moest zien als een uitdaging en niet als laatste redmiddel. Ik was vastbesloten er helemaal voor te gaan, ik zou genezen.
De sessies waren heel confronterend omdat ik gewezen werd op mijn gedrag. Waarom stak ik mijn vinger in mijn keel? Waarom verbood ik mezelf te eten? Ik moest situaties naspelen waarin mijn eetstoornis grip op mij had. Daardoor ging ik met mijn emoties aan de slag. Omdat ik, door de situaties na te spelen, geconfronteerd werd met mijn eigen gedrag en gevoelens kon ik die uiten en een plekje geven. Vanaf toen ging ik beetje bij beetje normaal eten. Ik kon het nu beter plaatsen wanneer ik mijn eetstoornis nodig had.
Deze therapie heb ik ruim drie jaar gevolgd. Johan en ik maakten er altijd een uitje van omdat het toch een stukje rijden is, we gingen wel eens een nachtje logeren in een hotel in de buurt van Opoeteren waar ik therapie volgde.
Aangezien ik accepteerde, dat mijn herstelperiode met ups en downs ging, des te minder ik mijn eetstoornis nog nodig had.
De therapie is een keerpunt geweest in mijn leven. Op mijn 28e was ik klaar met therapie. Ik was weer bezig met leven, wat echt belangrijk was. Mijn gevoelsleven kwam terug en ik leerde luisteren naar mijn gevoel.
Als afsluiting van deze periode in mijn leven heb ik een paar keer deelgenomen aan een weekend van de “Wilde Wijze Vrouw”. Met een groep vrouwen ga je terug naar de oertijd. Iedereen was de draad in zijn/haar leven kwijt, op wat voor manier dan ook, en dat schepte direct een band. We sliepen in een wigwam en aten met onze handen. We zweette onze problemen eruit in een zweethut en als het te warm werd kon je afkoelen in een beekje. ’s Avonds zaten we rond een kampvuur en kon je kwijt wat je op je hart had. Soms sliepen we een nacht midden in de bossen. Lag ik daar in een slaapzak. Dat had ik twintig jaar geleden niet kunnen bedenken. ’s Morgens in alle vroegte liepen we door de duinen om de zon op te zien komen. We deden dingen die je eigenlijk nooit doet. Iedereen heeft zijn verhaal en daardoor word je heel close met elkaar. Een keer moesten we in een gegraven gat gaan liggen die werd dichtgegooid. Alleen je hoofd bleef onbedekt. Je moest zelf weer uit dat gat komen en dan voel je je oerkracht naar boven komen. Je gaat als het ware terug naar jezelf. Het heeft me heel goed gedaan en me heel sterk gemaakt.
Nadat ik mijn eetstoornis overwonnen had wilden we graag een kind. Het duurde erg lang voordat ik zwanger raakte. Ik was bang dat het door mijn eetstoornis verleden kwam. Na veel ziekenhuisbezoeken en behandeling op medisch gebied werd ik uiteindelijk spontaan zwanger na vijf jaar. Onze zoon is nu 14 en wat zijn wij blij met hem.
We zijn een emigratie aan gegaan naar Australië alleen liep dat even anders dan gepland. We hebben daar een leuke tijd gehad als gezin.
Helaas verkeerde tijd, verkeerde plaats toen, (de crisis brak daar later uit) waardoor mijn man zijn baan kwijtraakte, onze zoon werd bijna vier, waardoor we besloten na een mooie en leerzame periode om terug te gaan naar Nederland. Ik gaf aan dat ik het niet meer zag zitten om daar te blijven, het voelde niet meer goed, dat zette de terugkeer naar Nederland in gang. Ik weet niet of ik dit had gekund als ik nog midden in een eetstoornis had gezeten. Sinds die tijd bekijk ik het leven; gaat het niet zoals het moet, dan moet het maar zoals het gaat.
Ik heb een coachopleiding gedaan puur uit interesse, nu vind ik het leuk om als buddy mensen te coachen met een eetstoornis, en wie weet later als coach.
Ik leef nu ook meer in het hier en nu, luister naar mijn intuïtie. Mijn eetstoornis heeft mij gemaakt hoe ik nu ben, uiteindelijk heeft deze periode een positieve wending gekregen, de reis op zoek naar mijzelf en we zijn nog steeds niet bij het “eindpunt”.
Wil jij aan je “eetstoornis” werken, het is nooit te laat. Kijk op de website van “ISA Power” en lees de ervaringsverhalen, een leven “zonder eetstoornis” is een leven in vrijheid.